Levert fysiek bezig zijn met spel en beweging een bijdrage aan sociaal en emotioneel leren?

  • Gepubliceerd:

Spel en beweging kunnen een positieve invloed hebben, zowel op leerprestaties van kinderen als op de sociaal-emotionele ontwikkeling. De invloed op sociaal gedrag, zelfbeeld en zelfvertrouwen is afhankelijk van het sociale klimaat waarbinnen de activiteiten plaatsvinden. Een positief pedagogisch klimaat, met aandacht voor sociale interactie, bevordert een positieve invloed op de sociaal-emotionele ontwikkeling. Sportieve activiteiten met nadruk op competitie kunnen echter averechts werken en leiden tot een lager zelfbeeld en gevoel van eigenwaarde. De docent of trainer heeft een belangrijke invloed op dit klimaat.

Fysieke activiteiten hebben positieve gevolgen voor de leerprestaties van kinderen, zo wijzen verschillende onderzoeken uit. Fysieke activiteit heeft invloed op de hersenstructuur en functie. Door te sporten gaat het bloed sneller stromen en krijgen de hersenen meer zuurstof. Via deze en andere mechanismen in de hersenen kunnen fysieke activiteiten de concentratie verbeteren. Ook heeft fysieke activiteit een positieve invloed op het werkgeheugen, informatieverwerking, coping-mechanismen en gedrag.

Sociaal gedrag, zelfbeeld en zelfvertrouwen

Vaak wordt verondersteld dat fysieke activiteit van invloed is op het sociaal gedrag van leerlingen. Sport helpt leerlingen bij de socialisatie, het leren van vaardigheden, het vinden van vrienden en bij het communiceren, blijkt uit enkele onderzoeken. Fysieke educatie vergroot de emotionele en sociale vaardigheden van leerlingen.
Hoewel sport een positieve uitwerking kan hebben op de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen, is dit niet altijd het geval. Het is afhankelijk van het klimaat waarin sportieve activiteiten plaatsvinden. Voorwaarde zijn positieve interacties tussen de kinderen. Iets vergelijkbaars geldt voor het effect op zelfvertrouwen van kinderen. Sport en bewegen zijn gunstig voor het zelfvertrouwen als ze gepaard gaan met positieve ervaringen, plezier en betrokkenheid.
In Nederlands onderzoek zijn geen overtuigende bewijzen gevonden voor het effect van georganiseerde sportbeoefening op de sociaal-emotionele ontwikkeling. De positieve invloed hangt af van de kwaliteit van het verband waarbinnen de sport wordt beoefend. Naast positieve effecten, zoals meer sociale interacties, worden bij sommige kinderen ook negatieve effecten aangetroffen, bijvoorbeeld een lager zelfbeeld en gevoel van eigenwaarde.

Bewegingsonderwijs

Het bewegingsonderwijs op school biedt goede mogelijkheden om de sociaal-emotionele ontwikkeling te stimuleren. Op school ligt er doorgaans minder nadruk op competitie dan bij sportverenigingen. Daarbij is het van belang dat goed opgeleide docenten het onderwijs geven. Vooral het pedagogische aspect van bewegingsonderwijs zorgt voor een positief effect op de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen.
Playing for Success is een voorbeeld van een sportief programma met een educatief doel. Het is bedoeld als stimulans van de sociaal-emotionele ontwikkeling, waarvan weer een effect op de leerprestaties wordt verondersteld. Doelen zijn het vergroten van het gevoel van eigenwaarde, zelfvertrouwen en motivatie om te leren. Engels onderzoek wijst op verbetering van prestaties en houding van kinderen, tenminste op de korte termijn. Ook in Nederlands onderzoek werden aanwijzingen gevonden voor een positieve invloed op zelfvertrouwen, motivatie en zelfstandig werken.

Meer weten

Lees het volledige rapport opgesteld als antwoord op deze vraag, inclusief geraadpleegde bronnen.

De Kennisbank Sport en Bewegen van het Mulier Instituut bevat veel informatie over onderzoek naar sport en bewegen: rapporten, factsheets en infographics. Ook de literatuurstudie van Collard e.a. is hier te vinden.

Dit antwoord is tot stand gekomen met dank aan Anne-Luc van der Vegt (kennismakelaar).


Ga je het antwoord gebruiken in het onderwijs?
Wat vind je van de leesbaarheid van het antwoord?

Privacyverklaring

Wij gaan zorgvuldig om met persoonsgegevens. Lees hierover meer in onze privacyverklaring.

Gerelateerde vragen

  • Is er een relatie tussen de ervaren werkbelasting en hoe bekwaam leraren zich voelen om bewegingsonderwijs en cultuureducatie te geven?

    Bewegingsonderwijs | Cultuuronderwijs | Muziek | Werkdruk | po

    De werkbelasting die leraren ervaren en hun gevoel van bekwaamheid hangen met elkaar samen. Leerkrachten die een grote werkbelasting of stress ervaren, voelen zich minder bekwaam. En leerkrachten die zich bekwaam voelen, zijn tevredener over hun werk. Of dit voor alle vakken evenveel geldt, is moeilijk te zeggen. Bij cultuureducatie hebben veel groepsleerkrachten het gevoel dat hun kennis tekortschiet. Ze zijn ook minder gemotiveerd voor dit vak dan voor de basisvakken. Leraren die zich bekwaam voelen om bewegingsonderwijs te geven, lijken gemotiveerder voor hun vak.

    Lees meer