Vragen en antwoorden
-
Wat zijn effectieve werkwijzen om leerlingen te stimuleren tot reflectie op hun leerproces, in onder-, midden- en bovenbouw van het basisonderwijs?
Reflectie op het eigen leerproces is zinvol voor basisschoolleerlingen, al vanaf de onderbouw. Leerkrachten kunnen hiervoor instrumenten als rubrics en portfolio’s gebruiken. Daarnaast zijn er leergangen, methodieken en tools voor leerlingen. Voorbeelden van programma’s die bedoeld zijn om reflectie te stimuleren zijn Tools of the Mind (onderbouw), reflectieschrijfopdrachten (middenbouw) en Denken om te leren (bovenbouw). Nog niet al deze methoden zijn goed onderzocht op effectiviteit.
-
Waar leren kleuters in een combinatieklas 1-2 meer van: alle kleuters samen instructie of groeperen per leerjaar?
Differentiatie van de instructie op basis van vaardigheidsniveau leidt doorgaans tot betere taal- en leesvaardigheid dan instructie in een groep met uiteenlopende niveaus. Vooral gemiddelde en laagpresterende kleuters profiteren hiervan. Voorwaarde voor goede leeropbrengsten is wel een goed klassenmanagement. Over het effect van instructiegroepering op rekenvaardigheid in de kleutergroepen is weinig bekend.
-
In hoeverre zijn de Cito-LVS woordenschattoetsen geschikt om de ontwikkeling van taalzwakke basisschoolleerlingen te meten en te volgen?
De Cito-LVS woordenschattoetsen zijn beperkt bruikbaar om de ontwikkeling van taalzwakke leerlingen te volgen. Ze zijn namelijk genormeerd op basis van een ‘gemiddelde’ groep leerlingen. Vaardigheidsscores zijn wel bruikbaar, als taalzwakke leerlingen toetsen van een lagere groep maken. Om de opbrengst van het woordenschatonderwijs te meten, is een methodegebonden toets meer geschikt.
-
Wat zijn effectieve verdiepingsopdrachten voor goede spellers in de bovenbouw van het basisonderwijs?
Voor hoogbegaafde leerlingen is verrijking van lesstof effectief. Of dat ook opgaat voor goede spellers is niet onderzocht. Wel is bekend dat het vergroten van de taalkundige kennis met aandacht voor spellingprincipes bij brugklassers effectief is. Deze aanpak maakt nu geen deel uit van het taalonderwijs op de basisschool. Het zou geschikt verdiepend aanbod kunnen zijn voor goede spellers in de bovenbouw van de basisschool. Overigens zouden ook mindere spellers baat kunnen hebben bij dit aanbod.
-
Welke didactische aanpak is in het regulier basisonderwijs effectief om het begrijpend lezen van zwakbegaafde leerlingen te bevorderen?
Bij het begrijpend leesonderwijs aan zwakbegaafde leerlingen moeten leerkrachten zorgen voor een breed aanbod en voldoende leestijd. Ze geven systematische en expliciete instructie. De leerlingen krijgen veel gelegenheid om (begrijpend) lezen te oefenen. Effectieve instructieprincipes zijn feedback geven, positief bevestigen en belonen, en cumulatief toetsen. Ook ondersteuningskaarten kunnen deze leerlingen helpen bij het begrijpend lezen.
-
Op grond van welke criteria komt de keuze voor een middelbare school tot stand?
Schoolloopbaan | voBij de keuze voor een school voor voortgezet onderwijs letten ouders en leerlingen op meerdere aspecten. Belangrijk zijn de sfeer op school, de kwaliteit van het onderwijs en de ondersteuning die de school biedt. Verder zijn de afstand tot en bereikbaarheid van de school van belang en een eventuele specifieke pedagogische aanpak of onderwijsconcept. Websites van scholen en open dagen zijn voor ouders en leerlingen belangrijke informatiebronnen.
-
Met welke kenmerken draagt formatieve evaluatie zo effectief mogelijk bij aan de ontwikkeling van leerlingen in het vso-praktijkonderwijs?
Praktijkonderwijs | Toetsen en beoordelen | (v)soFormatieve evaluatie is een effectieve manier om goede leerresultaten te bereiken en om leerlingen te motiveren. Dat geldt voor alle leerlingen, dus ook leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. Het gaat bij formatieve evaluatie om verbetering van het leerproces. Centraal daarin staat de ontwikkeling van de leerling ten opzichte van zijn of haar leerdoelen. Waar werkt de leerling naar toe? Waar staat de leerling nu? Hoe komt de leerling naar de gewenste situatie?
-
In welke mate draagt zittenblijven in een mbo-4 opleiding bij aan het succesvol afronden van de opleiding?
Schooluitval | Zittenblijven | mbo | hoZittenblijven draagt niet bij aan studiesucces in het voortgezet en hoger onderwijs. Het is aannemelijk dat zittenblijven ook in het middelbaar beroepsonderwijs nauwelijks bijdraagt aan het succesvol afronden van de opleiding. Net als in het hoger onderwijs kan een jaar overdoen juist leiden tot meer vroege studie-uitval.
-
Met welke werkwijzen kunnen leerkrachten de cognitieve flexibiliteit van bovenbouwleerlingen met een autisme spectrum stoornis versterken?
Autisme | Ontwikkelingsstoornis | Executieve functies | poKinderen laten na training in cognitieve flexibiliteittaken in het algemeen verbeteringen op die taken zien. Bij kinderen met een autisme spectrum stoornis (ASS) is dat minder duidelijk. Evenmin is duidelijk of kinderen door deze trainingen in de klas of in het dagelijkse leven minder problemen met cognitieve flexibiliteit tonen. Een meer samenhangend cognitief gedragsprogramma (Unstuck and On Target) laat bij kinderen met ASS enige bemoedigende resultaten zien.
-
Welke leesbevorderingsinterventies zijn effectief om het lezen en het leesplezier onder mbo-studenten te bevorderen?
Leesonderwijs | Leesonderwijs | Leesonderwijs | mboAandacht voor de interesse van de student en sociale interactie zijn belangrijk om het lezen te bevorderen. Daarnaast zijn routine en rust bevorderlijk, evenals het actief betrekken van studenten bij de invulling van het lezen. Verder is het wenselijk dat er voldoende faciliteiten zijn, zoals begeleiding en toegankelijk leesaanbod. Ook een positieve leescultuur ondersteunt het lezen.